Programma Natuur

Nederland heeft bijzondere natuurgebieden en die natuur hebben we hard nodig: alle soorten planten en dieren samen vormen de basis van ons bestaan. 

Alleen verdwijen er steeds meer soorten verdwijnen door onder andere te veel  stikstof en klimaatverandering. Dat is risicovol, want hierdoor vallen er gaten en kan de natuur - die werkt als één systeem - uiteindelijk afbrokkelen. Vergelijk het met een voetbalteam dat slechter functioneert als er steeds minder spelers in het veld staan.

Natuurherstel

Niets doen is geen optie. Met het Programma Natuur investeren Rijksoverheid, provincies en terreinbeherende organisaties daarom fors in herstel en versterking van natuur. Dat doen we naast de aanpak van de stikstofuitstoot bij de bron. Van de 162 Natura 2000-gebieden in Nederland zijn er 128 gevoelig voor de extra stikstofaanvoer uit de lucht. Met herstelmaatregelen in en rond deze natuurgebieden kan de Nederlandse natuur weer aan veerkracht winnen. En waar nodig werken we ook buiten de grenzen van natuurgebieden aan sterke en gezonde natuur.

Maatregelen voor stikstofgevoelige gebieden

De Rijksoverheid investeert in de periode 2020 – 2030 via het Programma Natuur 3 miljard euro in herstel van de natuur. Hierin staat welke doelen en welke financiële middelen er zijn. Naast herstelmaatregelen nemen we ook maatregelen om te zorgen dat er minder stikstof in de bodem komt: de zogenoemde bronmaatregelen.

Het Programma Natuur vloeit voort uit de structurele aanpak stikstof. Werken aan natuurherstel is een cruciaal onderdeel van de oplossing van de stikstofproblematiek. Doel van het programma is om te zorgen voor gunstige omstandigheden voor plant- en diersoorten in de gebieden.

Maatwerk per gebied

Geen natuurgebied is hetzelfde. Daarom werken we gebiedsgericht aan herstel. Dat doen we samen met lokale organisaties voor natuur of landbouw, en met bedrijven en bewoners.

Om de natuur duurzaam te herstellen is het nodig naar het hele systeem van een gebied te kijken en niet alleen naar kwetsbare soorten. We zetten daarom in op herstel van watersystemen, een gezonde bodem en verbindingen tussen natuurgebieden. Daarvoor is het vaak nodig om ook rondom deze natuurgebieden maatregelen te nemen.

De resultaten van natuurherstel in alle gebieden samen maken dat we de veerkracht van natuur in heel Nederland herstellen.

Voorbeelden van maatregelen zijn: plaggen van heideterreinen, omvormen van naaldbos naar loofbos, dempen van sloten en greppels en verwijderen van ongewenste planten.

In de praktijk

Lees ook de verhalen over de Deurnese Peel, het Ilperveld en het Dal van de Mosbeek.

Andere voorbeelden van gebieden waar maatregelen zijn genomen:

  • Fochteloërveen. Natuurmonumenten werkt aan het toekomstbestendig maken van Natura2000-gebied het Fochteloërveen. Een optimale waterhuishouding is nodig om het hoogveengebied te behouden en de bijzondere flora en fauna voldoende ruimte te bieden.
  • De Meije. In dit laagveengebied voert Staatbosbeheer maatregelen uit met als doel het bijzondere schraalland met zeldzame planten te behouden. 
  • Eys. Het Limburgs Landschap vormt een afgestorven sparrenbos om naar kalkgrasland.
  • Het Wierdense Veld. Landschap Overijssel heeft in dit veengebied wallen aangelegd, bomen en struiken verwijderd en de waterondoorlatende laag onder het veen hersteld.