Aanpak Stikstof: Hoe krijgt u als ondernemer een natuurvergunning?

We produceren in Nederland te veel stikstof. Dat komt voornamelijk door landbouw, industrie en verkeer. Een deel komt vanuit het buitenland onze kant op. Wat in de lucht zit, komt ook weer naar beneden. Dat noemen we stikstofdepositie, ofwel de neerslag van stikstof. Teveel stikstof is slecht voor onze natuur, gezondheid en voedselproductie. Daarom zijn maatregelen nodig die zorgen voor een daling van de stikstofneerslag. Zo kan de natuur herstellen en versterken. Tegelijkertijd is het natuurlijk essentieel dat er ruimte blijft voor nieuwe economische ontwikkelingen. We zoeken naar de juiste balans.

Het Rijk en provincies hebben daarom overeenstemming bereikt over de voorwaarden waaronder een natuurvergunning kan worden verstrekt. Het doel hierbij is helder: de stikstofneerslag moet naar beneden, zodat natuurgebieden zich kunnen herstellen. Er zijn ruim 160 Natura-2000 gebieden; aangewezen natuurgebieden die beschermd moeten worden. Het stikstofgehalte in de grond moet voornamelijk dáár naar beneden.

Wat houdt dat in de praktijk in?

Als jij gewoon blijft doen wat je al doet, met je bedrijf of je boerderij, dan verandert er niets voor je. Stel je wilt een nieuw project starten of iets veranderen aan je bedrijf, dan check je of je daar een natuurvergunning voor nodig hebt. Met rekeninstrument AERIUS ga je na of jouw project stikstofneerslag zal veroorzaken. Zo niet, dan heb je geen natuurvergunning nodig. In andere gevallen wel. Je zult dan ‘stikstofruimte’ moeten vinden. Je kunt kijken of je binnen je eigen project een oplossing kunt verzinnen: intern salderen, of búiten je eigen bedrijf: extern salderen.

We geven je twee voorbeelden. Voorbeeld één. Je bent projectontwikkelaar en je wilt een gebied herontwikkelen. AERIUS geeft aan dat er sprake is van stikstofneerslag. Je gaat binnen je eigen project kijken hoe je die uitstoot omlaag kunt krijgen, intern salderen dus. De uitstoot komt vooral door de bouwfase: aan- en afvoer van bouwmaterialen, de werktuigmachines. Je besluit om alleen elektrische machines te gebruiken en het logistieke proces slimmer in te richten. Ook schrap je de bouwplannen voor een parkeergarage. Zo vermindert de stikstofneerslag van je project.

Een tweede voorbeeld. Je wilt het pluimveebedrijf van je vader overnemen. Hij houdt op dit moment 50.000 kippen. Dat is niet rendabel, dus jij wilt een nieuwe stal bouwen en uitbreiden naar 90.000 kippen. Hoe modern je die ook bouwt, met intern salderen lukt het je niet om te voorkomen dat de stikstofneerslag toeneemt. Je moet extern salderen. Een nabij gelegen ondernemer wil stoppen met zijn bedrijf. Je koopt de rechten van dit bedrijf op. Stikstofuitstoot kan niet één op één overgeheveld worden, want een gedeelte van de stikstofuitstoot – 30% – gaat als het ware ‘terug naar de natuur’. De totale neerslag van stikstof moet immers omlaag, wil de natuur kunnen herstellen. Je kunt dus 70% van de aangekochte uitstoot inzetten.

Willen we kunnen blijven boeren, bouwen, rijden en leven, dan moeten we dat met elkaar anders gaan vormgeven. Zo zorgen we er samen voor dat de natuur kan herstellen en onze economie blijft draaien.