IPO: Provincies: vergunningen die per saldo leiden tot afnemende stikstofuitstoot kunnen weer verleend worden
De twaalf provincies hebben nieuwe beleidsregels vastgesteld voor het verlenen van vergunningen op grond van de Wet natuurbescherming. Vanaf 11 oktober 2019 kunnen er weer vergunningen verleend worden. Toestemming voor stikstofgerelateerde activiteiten wordt weer mogelijk, zolang de activiteiten niet leiden tot een stijging en in veel gevallen feitelijk tot een daling van stikstofbelasting. Kern van de nieuwe regels is dat door het wegvallen van het voormalige Programma Aanpak Stikstof nu van tevoren moet worden aangetoond dat emissie en depositie met zekerheid afnemen of niet stijgen.
Grote maatschappelijke urgentie
Peter Drenth, gedeputeerde Gelderland, namens de 12 provincies: “De provincies als bevoegde gezagen zijn zich bewust van de grote maatschappelijke urgentie om beweging te krijgen in de vergunningverlening voor activiteiten waarbij stikstof vrijkomt na de uitspraak van de Raad van State. Dit kan echter niet zonder meer, de uitstoot mag niet toenemen, moet waar mogelijk zelfs verminderen. Daarom stellen we ook strikte voorwaarden door middel van de in alle GS-en vastgestelde juridische spelregels. Zo willen we recht doen aan de uitspraak van de Raad van State, want nieuwe vergunningen moeten wel juridisch houdbaar zijn. De samenleving staat nu stil. Het op gang brengen van de vergunningsverlening is dan ook een belangrijke eerste stap.”
Bronmaatregelen en gebiedsgerichte aanpak
In aanvulling op de beleidsregels zijn de provincies voor nieuwe activiteiten (beperkte) uitstoot in overleg met het Rijk over het nemen van bronmaatregelen. Het kabinet heeft daarnaast de provincies een regierol toebedeeld voor een gebiedsgerichte aanpak van de stikstofproblematiek. Over de verdere invulling van het een gebiedsgerichte aanpak van stikstof en de daarvoor benodigde middelen zijn de provincies in overleg met het Kabinet.
Over vergunningverlening:
De nieuwe beleidsregels voor het verlenen van vergunningen leiden tot afnemende stikstofuitstoot door intern en extern salderen. Samengevat betekent dat:
- Initiatiefnemers die aan kunnen tonen dat projecten per saldo geen stikstof uitstoten of aan kunnen tonen dat deze geen significante effecten op Natura 2000-gebieden hebben, kunnen ook weer vergund worden. Dit kan door de uitstoot te beperken met schonere technieken of door een beperkte stijging van de emissie te salderen met een grotere daling van een andere bron; het extern salderen.
- Extern salderen is nog niet mogelijk met varkensrechten, pluimveerechten of fosfaatrechten. Dit in afwachting van nadere wetgeving.
- Die projecten die wel effect zouden hebben op de natuur kunnen als ze van groot maatschappelijk belang zijn en er geen alternatieven zijn, gebruik maken van de ADC-toets en de effecten compenseren.
Voor nadere informatie omtrent de beleidsregels wordt verwezen naar de website van BIJ12 met bijbehorende helpdesk: bij12.nl.