Verkenning aanpassing BBT
Status: afgerond/in werking
Wat houdt de maatregel in?
BBT staat voor Beste Beschikbare Technieken. Dit zijn de meest doeltreffende methoden die technisch en economisch haalbaar zijn, om emissies en andere nadelige gevolgen voor het milieu van een bedrijf te voorkomen of beperken. De grenswaarden hiervoor zijn opgenomen in rijksregels, vergunningen of maatwerkbesluiten. Op basis van de Europese Richtlijn Industriële Emissies is in nationale wetgeving vastgelegd dat bedrijven IPPC-installaties pas in gebruik nemen als ze een omgevingsvergunning hebben, die voldoet aan de BBT-eisen. Het systeem, zoals opgenomen in de richtlijn, is zo ingericht dat de conclusies ten aanzien van de beste beschikbare technieken periodiek worden geactualiseerd.
In het kader van het Schone Lucht Akkoord (2020) is het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) bezig met een wijzigingsvoorstel om de emissiegrenswaarden van industriële installaties te actualiseren en aan te scherpen via Rijksregels. Maar ook om de rentevoet waarmee de kosteneffectiviteit van emissiereducerende technieken wordt bepaald te verlagen, zodat deze technieken eerder kosteneffectief worden en daarmee eerder uitgevoerd moeten worden.
Wat levert het op?
Volgens een indicatieve inschatting van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) kan de stikstofneerslag door deze maatregelen dalen met maximaal 5 mol per hectare per jaar in 2030. In de komende periode wordt een nieuwe berekening gemaakt op basis van de normen die zijn opgenomen in de internetconsultatie (zie onder). De precieze afname hangt ook af van hoe snel de wetswijziging wordt doorgevoerd en hoeveel vergunningen daarna afgegeven of herzien worden. Voor nieuwe installaties gaan de aangepaste regels na de wetswijziging direct gelden. Bestaande installaties moeten er binnen 4 jaar aan voldoen.
Wat is de stand van zaken?
De aangepaste wetgeving is tegelijkertijd met de Omgevingswet op 1 januari 2024 in werking getreden
Wie kunnen gebruik maken van deze maatregel?
Op dit moment zit deze maatregel grotendeels in de ontwerpfase (beoordeling van BBT per installatie gebeurt al). De uiteindelijke uitvoering van de maatregel ligt bij het bevoegde gezag (meestal provincies en gemeenten) door toepassing van de nieuwe regels op vergunningsaanvragen en handhaving op de nieuwe Rijksregels.