Stikstofwet gaat in per 1 juli 2021

Vandaag is het Besluit stikstofreductie en natuurverbetering in het Staatsblad gepubliceerd. Dit besluit en de al eerder gepubliceerde Wet stikstofreductie en natuurverbetering gaan in op 1 juli 2021. Daarmee gaat ook de bouwvrijstelling in op 1 juli.

De Wet stikstofreductie en natuurverbetering regelt onder meer drie resultaatsverplichtingen voor stikstofreductie: in 2025 moet minimaal 40% van het areaal van de stikstofgevoelige natuur in beschermde Natura 2000-gebieden een gezond stikstofniveau hebben; in 2030 minimaal de helft en in 2035 minimaal 74%. De wet geeft de opdracht voor een programma van maatregelen om die reductie te bereiken en de natuur te herstellen. Ook regelt de wet de tussentijdse monitoring en zo nodig bijsturing.  Voor de zogeheten PAS melders en initiatiefnemers die onder het PAS vergunningvrij waren is in de wet bepaald dat zij alsnog gelegaliseerd worden. De wet maakt een gedeeltelijke vrijstelling mogelijk van de natuurvergunningplicht voor het aspect stikstof voor activiteiten van de bouwsector.

Het Besluit stikstofreductie en natuurverbetering werkt de stikstofwet verder uit, waaronder de bouwvrijstelling. De vrijstelling geldt voor bouw-, aanleg- en sloopactiviteiten. De vrijstelling geldt niet voor de gebruiksfase van wat wordt gebouwd of aangelegd. Dat betekent bijvoorbeeld dat nog steeds een natuurvergunning nodig kan zijn voor de stikstofdepositie die wordt veroorzaakt door het verkeer op een aan te leggen weg.

Wat betekent deze wet voor u?

Het kabinet legt met deze wet vast dat de natuur sterker wordt en de stikstofdepositie omlaag gaat. Er komt tot 2030 bijna drie miljard euro beschikbaar voor natuurherstel en -versterking en circa twee miljard euro voor (bron-) maatregelen. Elke sector levert een bijdrage en kan rekenen op financiële ondersteuning. Met de inzet op de afname van stikstof en natuurherstel, ontstaat er geleidelijk aan meer ruimte voor maatschappelijke en economische activiteiten.

Landbouw

Voor de landbouw betekent dit een omslag naar toekomstbestendige (kringloop)landbouw met zo min mogelijk emissies. Er komen middelen voor investeringen in duurzame stallen, minder eiwit in veevoer en betere mestaanwending. Er komt een Omschakelprogramma duurzame landbouw van 175 miljoen euro om boeren te helpen deze stappen te zetten. Voor boeren die vrijwillig willen stoppen komt ook geld beschikbaar. Alle maatregelen voor de landbouw vindt u hier.

Bouw

De hierboven besproken bouwvrijstelling faciliteert de aanleg of bouw van onder andere woningen, utiliteitsbouw, energieprojecten en activiteiten in de grond-, weg- en waterbouw en de sloop van bouwwerken. Gelijktijdig reserveert het kabinet in de periode 2021-2030 500 miljoen euro voor stikstofreductie in de bouw en 500 miljoen euro voor aanvullende maatregelen binnen of buiten de bouw. Het Rijk maakt afspraken met de bouwsector over deze reductie en bijbehorende maatregelen, gericht op emissiearme werk- en voertuigen. De maatregelen worden onderdeel van de structurele aanpak stikstof. Het kabinet benadrukt dat de (stikstof)effecten van de bouwvrijstelling periodiek worden gemonitord, zodat tijdig kan worden bijgestuurd indien nodig.

Industrie, luchtvaart en binnenvaart

Er is geld om bovenop de wettelijke verplichting te investeren in de beste beschikbare technologie voor emissie- en stikstofreductie in de industrie. Ook investeert het kabinet in schonere bouwmachines, elektrisch taxiën van vliegtuigen en in katalysatoren en walstroomvoorzieningen. Alle maatregelen vindt u hier.